Rij-indruk: Suzuki Katana

Terugkeer van de samoerai

 

Tekst: Peter Aansorgh – Foto’s: Bart Aansorgh en Bob Van Mol

 

In 1981 voorzag Suzuki de GSX1100E van een bijzondere, vooruitstrevende aankleding, die de naam 'Katana' meekreeg. Nu herhaalt Suzuki deze truc met de GSX-1000F: ook die kreeg een spraakmakend, modern design, waarin het DNA van de oorspronkelijke Katana duidelijk zichtbaar is.

Motorliefhebbers die de jaren 80 bewust hebben meegemaakt zullen dit design onmiddellijk herkennen in de nieuwe Katana. De vierkante LED-koplamp en de zwarte ruit worden als het ware gedragen door de twee helften van de bovenkuip, waarin ook de LED-positielichten zitten. De kuip is opgebouwd uit hoekige vlakken, die perfect aansluiten bij de wigvormige profielen in de tank. De grijze lak met de rode letters, het zwarte zadel en de grijze zijvlakken op het kontje maken de familietrekjes helemaal af.

Vanuit het zadel van de Katana kijk je uit op een LCD-dashboard, dat je in de volle zon ook nog goed kan aflezen. Klein puntje is dat het tanksymbooltje, dat gaat knipperen als je op reserve gaat, niet heel erg opvalt. Wel gaaf is dat je een berg info tevoorschijn kan toveren zonder je handen van het stuur te halen, want de bedieningsknoppen zitten op de linker armatuur van het stuur, dat goed gevormd is en lekker in de hand ligt.

Het rijwielgedeelte van de Katana is ontworpen voor een optimale wendbaarheid. De basis is een aluminium 'twin spar' brugframe en een eveneens uit aluminium vervaardigde achterbrug uit de GSX-R1000 uit 2016. Aan de voorzijde wordt dit geheel afgeveerd door een volledig instelbare 43 mm KYB-voorvork. De achterschokdemper biedt instelmogelijkheden voor de veervoorspanning en uitgaande demping. Deze combo werkt – nadat ik de veervoorspanning van de voorvork en de demping van voor- en achtervering heb verhoogd – prima.

Met de vering 'op punt' is het lekker brullen met de Katana, want koppel heeft hij zat. Onder het aluminium brugframe hangt namelijk de vloeistofgekoelde, 999 cc viercilindermotor uit de GSX-R1000 van het modeljaar 2008. Een viercilinder met een korte boring/slagverhouding en een SDTV-gasklepsysteem. Daarbij heeft elk injectiehuis twee gaskleppen, waarvan er een door de rijder en een door het motormanagement wordt bediend.

Als je de Katana start, klinkt hij lekker rauw, wat het gevoel geeft dat er erg veel kracht in zit. En dat klopt! De motor trekt al vanaf 1.500 toeren vlekkeloos op als je vol gas geeft. Dan zwelt de trekkracht aan en trekt de vierpitter stevig door naar 7.000 opm, waarna de hel pas echt losbreekt; daar gaat hij er helemaal als een kanonskogel vandoor. Nu zit je bij dat toerental in de tweede versnelling al ruim boven de 100 km/u, dus dat is meestal het punt waarop je op secundaire wegen juist het gas dichtdoet, als je tenminste het bezit van je rijbewijs op prijs stelt. Gelukkig moet deze Soes het echter niet alleen van het topvermogen hebben, ook bij lagere toerentallen is hij beresterk.

Feitelijk is de Suzuki Katana ook een GSX-S1000 met een futuristische aankleding, die is geënt op een succesnummer uit het verleden. Een lekkere dikke brulaap, die je alleen al een goed gevoel geeft vanwege alle bewonderende blikken die je toegeworpen krijgt. Met een hogere ruit en met de wellicht in ontwikkeling zijnde kofferset heb je aan deze motor een prachtige, zeer potente toermachine.

 

De volledige versie van deze rij-indruk lees je in Motoren & Toerisme 4/2019 dat nu in de winkel ligt.

Geschreven op 23 augustus 2019
© Motoren & Toerisme