Vergelijkingstest: KTM 790 Adventure – BMW F 850 GS – Triumph Tiger 800 XCA

Strijd om de middenklasse

Het wordt alsmaar drukker in het segment van de allroad middenklasse. Al is “midden” relatief. De 800 cc generatie van deze alleskunners heeft lang opgekeken naar hun 1.000cc plus grote broers, ze worden met rasse schreden volwassen en de kleine broertjes zijn eigenlijk niet zo klein meer. Tegenwoordig heeft haast elke fabrikant een model van dit kaliber en het is vechten om zich te onderscheiden. Wij namen de drie voornaamste strijders mee naar het front voor een ouderwetse vergelijkingstest.

Tekst: Charly de Kinderen – Foto’s: Thierry Dricot

Het is eind april en we hadden er stiekem op gerekend dat mooi weer ons deel zou zijn. Voor de foto’s besluit de zon gelukkig een laatste inspanning te doen maar daarna is het gedaan. Enkele uren in de gietende regen is een prima test voor onze outfit, maar motorfietsen op het scherp van de snee testen is dan een andere zaak. Anderzijds zullen veelrijders in België vaak deze omstandigheden moeten doorstaan en veel dichter bij onze vaderlandse realiteit kunnen we niet komen. Geen tijd voor gemopper dus, want de drie alleskunners wachten op hun verdict.

Turbulent

Net onder Luik hebben we een afspraak met de fotograaf, en dat betekend dat we de motoren meteen kunnen onderwerpen aan een flink stuk snelweg. Als criteria in deze testomgeving is een degelijk windscherm van cruciaal belang voor het comfort. Jammer genoeg heb ik door mijn lengte (1.90 m) een aparte relatie met dit motoronderdeel. Elke windstopper van een kleinere omvang dan die van een BMW RT, doet me twijfelen over zijn bestaansreden. Middelgrote windschermen helpen zeker met het afstoppen van wind en regen bij hoge snelheden voor het lichaam, maar mijn hoofd steekt er eenzaam bovenuit en mag de afgeleide wind opvangen. Hierdoor ontstaat er vaak turbulentie die meer kwaad doet dan goed. Als je geen windscherm hebt, zoals bij nakeds, dan sta je er alleen voor in je strijd tegenover de elementen. Dat is best vermoeiend, maar je wordt gespaard van wapperende hoofdstoten, het is maar wat je wilt.

 

Liefde maakt blind

We stoppen voor een koffiepauze en een eerste debat. De KTM en de BMW zijn uitgerust met een strak ogende Akrapovic-uitlaat, dat is een fijne, maar prijzige optie. Toch is het de Triumph die de prijs voor mooiste huil van het roedel wint. De tweecilinders klinken zelfs met deze Sloveense toevoeging eerder laf. Al biedt de Akra natuurlijk meer dan enkel een rauwe brul: het oogt strakker, schraapt meestal flink wat kilo’s van het totaalgewicht en bevordert de rijprestaties.

 

Kink in de kabel

De autostrade zit erop, en we kunnen de motoren eindelijk in de Ardense bochten smijten. Misschien kunnen we nu enkele relaties doorprikken. We wisselen meerdere keren van partner om te zien wie het best met die heupen kan zwaaien, en hier en daar vormt zich een kink in de kabel. Stiekem weet ik de houding van de KTM wel te appreciëren en ik ben niet de enige. Afgezien van het mindere windscherm op hoge snelheden, valt in de bochtensecties wel alles in z’n plooi. De 20 liter benzinetank zit niet meer tussen de benen maar ergens onderaan voor de schenen in creatief verwerkte bulten die de meningen dus verdelen. Maar het zwaartepunt ligt merkbaar lager, waardoor de KTM makkelijk door de bochten vliegt.

 

De ruige kant

De fotograaf kent de regio, en hij weet een mooi stukje grind liggen. De drie protagonisten in deze klasse moeten immers bewijzen dat ze elk terrein aankunnen. Het is mogelijk om ze zonder meerprijs uit te rusten met offroad-banden in plaats van het straatschoeisel dat we vandaag aanhebben, dus het mag duidelijk wezen dat er aan ambitie geen gebrek is. Ook de boordcomputer verraadt dat deze jongens wel wat stof lusten. Op een simpele manier kan het karakter veranderd worden naar Enduro-modus. Het zou kunnen, maar we hoeven geen tientallen kilometers afleggen voor een unanieme conclusie over de offroad-capaciteiten van het drietal. Op straat schurken de scores dicht tegen elkaar aan, maar nu wordt het ons gemakkelijk gemaakt. Het is de Oostenrijker die deze trofee met gemak mee naar huis neemt, net zoals de laatste 17 trofeeën van de Dakar Rally. Op uitdagend terrein draait alles om gewicht en laat dat nu net het pluspunt zijn van de KTM.

 

Het kloppend hart

KTM bevestigt dus zonder problemen zijn offroad-reputatie, dus we besluiten de verzande weg in te ruilen voor de verharde weg. Met die koerswijziging besluit de zon er ook definitief mee op te houden en krijgen we de rest van de namiddag af te rekenen met hoosbuien. Het is vechten om de Triumph die zowel handvatverwarming als zadelverwarming heeft. Maar wat valt er nu te zeggen over de inborst van deze verleiders? De BMW heeft 53cc meer dan de 800 cc van de Triumph en de KTM. De pk of kW waarden zijn verassend genoeg identiek voor alle drie, 94pk en 70kw. Het koppel is iets wijder verspreid, ondanks de drie cilinders, trekt de Triumph de laagste cijfers uit het blok met 79 Nm bij 8.050 opm, dan de KTM met 88 Nm bij een onbekend aantal omwentelingen en de BMW leidt met 92 Nm bij 6.250 opm

Liefde doet veel, geld doet al

We stoppen voor een tankbeurt en kijken met spanning naar de teller. We hebben 240 kilometer gereden sinds de laatste pomp en gooien ze nu vol. 12,3 liter voor de KTM, 12,9 liter voor de BMW en 13,1 liter voor de Triumph. De cijfers spreken voor zich, met een nipte voorsprong wint de KTM, zou het weeral te wijten zijn aan die extra twintig kilogram?

Conclusie

Zoals verwacht ging het geen eenvoudige vergelijkingstest worden. Drie topconstructeurs die volop inzetten op deze klasse, leveren drie pareltjes waar iedereen van gelukkig van wordt. Toch vinden we dat er een winnaar moet zijn.

De volledige versie van deze vergelijkingstest lees je in het juni-nummer van Motoren & Toerisme dat vanaf dinsdag 28 mei in de winkelrekken ligt.

Geschreven op 27 mei 2019
© Motoren & Toerisme