We hebben vandaag helaas geen tijd voor culinaire hoogstandjes, Kortrijk wacht. We geven flink ‘sjette’ en reppen ons naar het Kortrijkse Texture-museum, dat huist is een fluweelweverij die in 1930 is gebouwd. Het museum is gewijd is aan alles wat met textiel en vlasverwerking te maken heeft.
Eenmaal in Kortrijk komen we klem te zitten we in een ware verkeershel – altijd een risico als je een uitgestippelde motorroute volgt. De stad is door werken en omleidingen omgetoverd tot een labyrint van doodlopende wegen, doorspekt met wegversperringen en oranjerode borden ‘omleiding’. We slagen er ternauwernood in om de Broeltorens te bereiken – die we voor geen goud willen missen. Deze majestueuze wachters verbinden door middel van een brug beide oevers van de Leie. Het zijn de enige overblijfselen van de middel- eeuwse stadsvestingen. De zuidelijke Speyetoren dateert uit 1385, de noordelijke Ingelborchtoren uit 1413. Ze maakten deel uit van de omwalling van het grafelijk kasteel en deden dienst als vesting voor artilleriegeschut. Vandaag domineren ze een pittoreske kant van de stad Kortrijk waar je even in de geschiedenis lijkt te verdwalen.