Lezers-reisverhaal: Vogezen juni 2019 -2

Vorige week kon je lezen hoe M&T-lezer Thierry Paradijs zich door z’n motormaat liet overhalen tot het maken van z’n eerste, échte grote motorreis. De bestemming: De Vogezen. Het pittoreske stadje Ribeauvillé zal gedurende een aantal dagen hun uitvalsbasis worden om de Vogezen te verkennen.

 

Tekst en foto's: Thierry Paradijs

 

Dag 2:

Maandag 10 juni: Wanneer ik om 7u wakker wordt, is het eerste wat ik doe naar buiten kijken om te zien of het regent zoals voorspeld. Shit, Google weather heeft het weer…euh…weeral juist voorspeld voor vandaag. Maar goed, na een lekker ontbijt laten we ons niet kennen. Er wacht ons immers de overbekende Route des Crêtes, een van de meest besproken wegen op internet en forums, voor deze omgeving althans. Dit is een weg die loopt van het noordelijke deel van het gebergte tot helemaal onderaan in het zuiden. Deze weg is aangelegd door het Franse leger in de eerste wereldoorlog en die brengt je tot op de hoogste toppen van de Vogezen.

Rond 8u beginnen we eraan terwijl het lichtjes regent. Mijn motorpak zou regenbestendig zijn, maar eerdere ritten in regenbuien bewezen telkens het tegendeel. En net nu ben ik een investering in een degelijk regenpak uit het oog verloren voor deze vakantie! Maar allez…we zullen wel zien. De Route des Crêtes is een 80km lang (zonder de vele ervan afgeleide wegen) en we rijden er een 75km van. Inderdaad een zeer mooie weg, zeker de moeite waard. We rijden nog een stukje verder tot aan een plaats genaamd Lac Noir. Hier doen we een gesprekje met de eigenaar van het restaurant en hij zegt dat we de juiste tijd en het juiste weer uitgekozen hebben voor onze vakantie. Normaal is het hier bij mooi weer niet meer te doen zegt deze brave man. Dan stikt het er van motorrijders, fietsers, caravans en mobilhomes.

 

We kunnen dat alleen maar beamen aangezien we tijdens onze rit tot nu toe maar een handvol motards tegen zijn gekomen. We hervatten onze weg en nemen andere wegen om terug naar het noorden van de Vogezen te rijden. Deze keer proberen we via de D-wegen (départementales) en eerlijk gezegd zijn deze wegen nog véél mooier dan de Route des Crêtes! Kilometers van slingerende mooie goed onderhouden wegen waar bijna geen einde aan lijkt te komen. Ongelofelijk! Op zulke wegen besef ik wederom hoe heerlijk mijn tracertje toch weer rijdt. Door de regen rijden we zeker niet al te sportief en dan doet de MT 09  zijn benaming (Master of torque) alle eer aan. Op de zacht glooiende banen is er bijna geen schakelwerk nodig. Ik doe de meeste kilometers in 3e versnelling.

Op sommige departementale wegen zitten ook wel flink wat haarspeldbochten en aangezien je ofwel omhoog of omlaag rijdt in deze bergen is er wat meer werk aan de winkel. Niet dat dàt een straf is natuurlijk. Schakelen doet hij trouwens ook prima. Via onder andere de D48 en D417 (deze moet je gedaan hebben!) bereiken we een hoogte net over de 1200m waardoor we op bepaalde momenten in de wolken rijden. Toch wel een aparte ervaring. Rond 12u 30 begint het toch wel feller te regenen waardoor we beslissen dat het welletjes is geweest. Een dik uurtje en ettelijke bochten later komen we aan in ons verblijf. Daar blijkt dus wel degelijk dat mijn waterbestendig pak niet meer zo waterbestendig is. Na een lekkere douche zoeken we online de dichtstbijzijnde motorzaak zodat ik de volgende dag een regenpak kan aanschaffen. Vandaag gaat dat niet meer lukken aangezien ook hier het een feestdag (tweede pinksterdag) is. In totaal hebben we vandaag een kleine 200km erop zitten. Voor de rest brengen we de dag door met wandelen in het pittoreske centrum van Ribeauvillé. Deze streek blijkt onder andere bekend te zijn voor zijn wijn, ooievaars en choucroute. U bent gewaarschuwd, in elk restaurant kan je zuurkool bestellen met de gekste combinaties. Wel lekker trouwens.

Dag 3:

Dinsdag 11 juni. Om 6u30 sta ik op en er is geen regen te bespeuren! Al voorspellen ze de eerste regendruppels rond 10u. Gelukkig gaat de motorzaak om 9u open. 10 min te vroeg komen we aan en wachten we tot de deuren openen. Al snel krijgen we gezelschap van andere motards die uit nieuwsgierigheid vragen waar we vandaan komen. Dat lijdt uiteindelijk tot een aantal tips en plaatsen die we volgens hun niet mogen missen. Het regenpak is snel gekocht en wanneer we vertrekken begint het al lichtjes te druppelen. Dat wordt een goede test, dan kan in ieder geval nog terug naar de winkel gaan als ik weer nattigheid voel.

 

Via de D431 rijden we tot aan een top die “Grand Ballon” noemt en die ligt op een hoogte van 1395m. Deze weg is wederom een sprookje op zich, tussen de regen en zonneschijn kom je in een wolkendek die je op sommige plaatsen het zicht beperkt tot een 10tal meter. Een route bezaaid met scherpe haarspeldbochten is dan toch een iets andere ervaring als normaal. Na een koffie nemen we de aansluitende D430. Deze blijkt een 20 tal kilometer ferm te dalen met prachtige vergezichten als toetje. Uiteindelijk gaan we via dezelfde weg terug naar boven, gewoonweg omdat hij zo mooi en leuk is. We komen op een kruispunt met meerdere wegen en weten niet wat eerst te kiezen. Ze zijn allemaal even uitdagend en plezierig. De D27 en zeker de D13 bis1 mag je niet missen, echte toppers. Enige voorzichtigheid hier is wel op zijn plaats aangezien je echt langs de rotswanden rijdt en er op de weg soms kleine maar ook grotere stenen liggen. Die wil je niet onder je wielen hebben, de kans dat je enkele momenten later het asfalt van veel te kortbij inspecteert is wat te groot. Naarmate je hoger het gebergte ingaat wordt de streek ook meer en meer dicht bebost.

Op een bepaald moment zitten we op een smalle bergweg tussen de bomen en rotswanden en waar in het midden van de weg een lichte strook van groen mos ligt. We vermoeden dat we ergens in een sprookje zitten en als we op het einde van de weg en aan de top van dat gebergte, op een prachtige openbare chalet uitkomen in de middle of nowhere is het plaatje compleet. Op de terugweg nemen we wederom de D417 (die van dag 2, diegene die je moet gedaan hebben J) Het is al even wat droger en daar profiteren we van, het tempo gaat de hoogte in. Later blijkt dat RG probeerde mij los te rijden maar daar is zijn BMW(tje) toch niet tegen opgewassen. Na een 20tal km is het welletjes geweest en zetten we de terugweg in. We hebben immers nog redelijk wat afstand af te leggen. Omstreeks 17u30 komen we terug aan. Blijkbaar hoef ik dan toch niet terug te gaan naar die motorzaak, mijn pak is kurkdroog gebleven. ‘s Avonds eten we een lekkere avondmaaltijd in één van de overigens talrijk aanwezige restaurants. Keuze genoeg voor ieders smaak.

Geschreven op 17 juli 2019
© Motoren & Toerisme