Onvermoeibaar
Met zijn 180-graden krukas parallel-twin onder de 18 liter tank, trekt hij een koppelcurve uit z’n mouw die na een weliswaar ‘zoekende’ aanzet, quasi zo vlak is dat je er een waterpas op kunt leggen. Het één zuiger omhoog/één zuiger omlaag concept, resulteert in algemeen neutrale prestaties voor een 700 cc. Ik hoor je denken: Hoezo neutraal? Niet beter dan dat? Wel inderdaad: onder de 2.500 à 3.000 tpm loopt het geheel niet bepaald ritmisch, noch als een Zwitsers horlog. Een beetje nukkig zelfs, een beetje houterig. Op zich is dat niet zo erg als je snel naar een hoger toerental en/of een hogere snelheid kan trekken. Maar bij de stedelijke 30 en 50 km/u limieten, is het wat zoeken naar de beste versnelling om boven die lage toerentallen te blijven. Bij lage toeren zit je wat gewrongen tussen meditatie of chaos, éénmaal daarboven gaat hij naadloos over naar een zachte, verzorgde motorloop en komt de lineaire vermogensopbouw aan zijn einde bij de toerenbegrenzer van 10.500 tpm. Van een pittige eindsprint is geen sprake. Hier geen hoog piekvermogen. Trillingen daarentegen zijn over de gehele lijn prima onder controle. Met nauwelijks een trilling in de handvatten, zadel of voetsteunen te vinden, is dit een motorfiets die je niet uitput en waarop je het best lang kan uithouden.