Interview Stefan Pierer: 3. MotoGP en de stijgende kosten ervan

In het jaarlijkse interview dat M&T-medewerker Alan Cathcart onlangs met Pierer Mobility-baas Stefan Pierer deed mocht de MotoGP natuurlijk niet ontbreken.

Inpikkend op Pierers visie over de elektrificatie  van de motorindustrie en de rol van synthetische brandstoffen als mogelijk alternatief daarvoor, gaat het al vlug over het gebruik ervan in de MotoGP. “Vanaf 2024 gaat men in de MotoGP met een mengsel waarvan 40% uit synthetische brandstoffen bestaat rijden. De overige 60% is de conventionele racebrandstof zoals we die nu kennen. Tegen 2026, of ten laatste 2027 zal de brandstof voor een MotoGP-machine 100% synthetisch zijn, net als in de Formule 1”, schetst Pierer de nabije toekomst van de MotoGP.

Met Jack Miller heeft KTM een nieuwe rijder voor 2023, en naast het KTM-fabrieksteam is er nu ook een GASGAS-team. Wanneer het op de races aankomt is Brad Binder zeker een ‘Sunday guy’ en Jack is dat feitelijk ook.  Is het grootste probleem dat jullie niet zo goed zijn in de kwalificaties?

“Ik denk dat we in 2023 competitief zullen zijn, maar laten we afwachten (ondertussen boekte Brad Binder al een spectaculaire zege in de Sprintrace van de Argentijnse GP). Vorig jaar hebben we het belang van aerodynamica in de MotoGP wel wat onderschat. Dat werd immers een zeer belangrijk element om competitief te zijn en te blijven. Maar het verhoogt vooral het kostenplaatje", benadrukt de KTM-baas.

"Gelukkig hebben we een nauwe relatie met Red Bull (dat met z’n eigen team domineert in de F1) dat ons daarmee geholpen heeft. We slaagden er ook in om de introductie van de tijdens de races verstelbare rijhoogte tegen te houden. Het zou stom geweest zijn om dat toe te laten in de MotoGP. Ik krijg soms de indruk dat de Italiaanse constructeurs de MotoGP alleen willen gebruiken om de gekke ideeën die hen ’s nachts te binnen schieten, te ontwikkelen. En dat in de hoop dat ze misschien kunnen werken op een motorfiets", klinkt het sceptisch bij de Oostenrijkse motortycoon.

"Gigi Dall’Igna is een geweldige kerel die altijd wel iets nieuws vindt. En als dat dan niet binnen het bestaande technische reglement valt, dan is dat maar zo. Dat is nu eenmaal de racerij, dus da’s ok. Ik klaag niet over z’n capaciteit tot innovatie, maar wel over de constante kostengroei die deze innovaties met zich meebrengen. Let op m’n woorden, vroeg of laat zullen we ook in de MotoGP een kostenplafond – net als in de F1 nu het geval is – moeten invoeren. Kijk maar naar wat er met Suzuki gebeurd is. Zij beslisten om zich uit de MotoGP terug te trekken omwille van de stijgende kosten en dat ondanks het feit dat ze een motorfiets hadden waarmee ze races konden winnen. Onderschat het belang daarvan dus maar niet", waarschuwt Pierer. 

Heeft u het gevoel dat de hoofdreden voor hun terugtrekking uit de MotoGP de extra kosten die aerodynamica met zich meebracht was?

"Ja, maar het gaat niet alleen om aerodynamica, het gaat over alles. Ik zal het zo stellen: om een team met twee MotoGP-rijders één seizoen lang te runnen heb je minstens een budget van € 70 miljoen nodig. Anders ben je gewoonweg niet competitief.  En voor Suzuki geldt dat niet meer racen een strategische marketingbeslissing was, omdat de kosten niet tegen de baten opwogen”, besluit Pierer het hoofdstuk MotoGP."

Tekst: Alan Cathcart

Adaptatie: BJ

Foto's: KTM Images, Honda News, Ducati Media House, Suzuki Racing