Verslag Benelux Trophy Croix-en-Ternois

Een warme zomerzon en geen wolkje aan de hemel, neem daarbij het verlengd paasweekend en je hebt een perfect scenario voor de openingsrace van de Benelux Trophy, anno 2022. Het noord-Franse circuit van minder dan twee kilometers lengte is een echt stop-and-go baantje waarbij het bochtenwerk en uit accelereren van groot belang is. Omdat de pandemie op zijn einde loopt, laat het ons hopen dat het zo blijft voor de rest van het seizoen, zagen we veel blije gezichten. Supporters die nog eens live races konden bijwonen, de racers die na maanden trainen in zuiderse oorden nog eens koersen konden rijden dichter bij huis en niet in het minst de leden van de organiserende club OMS uit Oostende die de laatste twee jaren hun raceweekend moesten annuleren, iedereen stond met spanning langs het circuit. Al was het niet over de koppen lopen, het moet toch lang geleden zijn daar er nog zoveel toeschouwers langs de baan stonden. Vele auto's, dito mobilhomes en zelfs een bus van de supportersclub van Bram Lambrechts stonden op de glooiende weiden van de publieksparking, langs start en finish.

Tekst en Foto’s: Jan Vermeer

De hoofdmoot waren natuurlijk de races voor Superbike en Supersport motoren en deze gaven dan ook voor het volle pond de sport, spanning en sensatie die de motorliefhebbers zo graag hebben. Wat meteen opviel was dat verschillende rijders de oversteek waagden van, de op het circuit van Zolder-Terlaemen verreden, Van Zon Sprint Series. Vooral de races bij de SSP 600 waren om duimen en vingers af te likken met een knalprestatie van Jef Van Calster en Pieter Ghijsels die ettelijke keren, ik-ben-de-tel-kwijt-geraakt, van koppositie wisselden. In de openingsrace won Ghijsels het pleit met amper 0.060 seconde, je leest het goed zestig/duizendste van een tik op de klok en dat na bijna 35 kilometers koers. Een handvol meters in afstand....

Youngster Van Calster, die net zestien geworden zijn eerste race op een 600cc betwiste en de rest van het jaar IDM SSP300 zal rijden, sloeg bijna letterlijk een deuk in zijn benzinetank in de uitloopronde van ergernis. Hij zou in de herneming de rollen omdraaien door de tweede race te winnen voor Ghijsels. Nu met een voorsprong van minder dan een halve seconde. De verdere ereplaatsen waren er voor Nederlanders Elias Van Roekel en Jonathan Schuijt van het Racing Team van Tim Van Ooyen, zelf geen onbekende in de Benecup, de voorloper van de Benelux Trophy. Ook Jill Danneels, de enige dame in de Benelux Trophy, mocht met twee vijfde plaatsen best tevreden zijn.

In elkaars schaduw

In de zwaarste klasse schaduwden de twee toppers, Vincent Lonbois en Yan Ancia, elkaar van bij de eerste hectometers op training. Ancia, op een spiksplinternieuwe BMW, nam kopstart van dichtbij gevolgd door Lonbois. Deze laatste op een Yamaha van David ‘Mototech’ Drieghe, prikte links en rechts en wachtte tot het goeie moment om voorbij de Limburger te gaan. Ancia nam hiermee geen genoegen en ging in de tegenaanval tot een zware val, net in de snelste bochtencombinatie van het Croix’ circuit, hem in het decor deed belanden.

Even later kwam Laurent Hoffmann in dezelfde bochtencombinatie zwaar ten val. Omdat voor Hoffmann de International Road Racing Championship zijn belangrijkste doel is, gaf hij forfait voor de tweede race. Binnen minder dan twee weken staat ook hier de opening gepland in het Nederlandse Hengelo. In de herstart won Lonbois gemakkelijk voor Nederlander Thijs Peeters en een verrassende Mike Parmentier. Ancia, stijf en stram van de val, werkte in een hels tempo om zijn machine opnieuw rijklaar te maken en werd achter een ongenaakbare Lonbois in de herneming tweede. Zo beperkte hij de schade op tabelaanvoerder Lonbois. Laatste podiumplaats was voor de opnieuw sterke Peeters, thuisrijder bij de volgende Benelux Trophy race in Hengelo. Ook zijn landgenoot Marcel Zuurbier scoorde goed met tweemaal een vierde positie. Verder ereplaatsen voor Koen Brusten en Christopher Lecqueux.

Toch een wrange smaak

Al konden de meeste mensen met een lachend gezicht op zondagavond huiswaarts, toch laat deze openingsrace van de Benelux Trophy ook vraagtekens achter. Zo stonden er, zeker bij de SBK en SSP, de laatste tien jaren nooit zo weinig deelnemers aan de start. Amper een goeie dertig, terwijl er in vorige edities om en bij de zestig aan de start stonden. Reden? De pandemie, misschien? De oorlog in Oekraïne waardoor alles duurder schaarser en vooral duurder wordt. Zo gaf Ancia te kennen dat de sponsorbudgetten, maar dat zowat alles wat met racen duurder is geworden en last but not least de brandstoffen. Ook Thijs Peeters, zijn vader is motorhandelaar, gaf te kennen dat hij moest afreizen naar Croix zonder de juiste ‘soft’ banden van zijn bandenmerk, omdat ze.... gewoon niet geleverd konden worden.

Ook de SSP-categorie is uitstervend op nationaal vlak. Met de technische aanpassingen aan het SSP-reglement zal het misschien wel lukken op internationaal vlak, maar op lokaal Belgisch vlak niet, wegens te duur. Dixit mensen in de motorbranche. Want zeg nu zelf dertien SSP-rijders aan de start is gewoon te weinig. Net als bij de zwaardere jongens, de SBK’s, te weinig deelnemers.    

Kwantiteit en kwaliteit in de nevenklassen

Toch waren er klassen waarin nog steeds heel wat rijders aan de start verschijnen en categorieën waar er een zeer sterke kwalitatieve injectie was. Neem nu de Belgian Twin Trophy waarbij de Supertwins en Stocktwins in aparte wedstrijden streden voor de bekers. Bij de krachtigere Supertwins, eveneens de Aprilia RS660 Dealer Cup herbergend, zagen we met toppers als Sasha De Vits, Bram Lambrechts, of nog andere Kenny Meersmans, de kwaliteit toenemen.

De Vits was outstanding in beide races en de tandem Sander Claessen (2-2) -Lambrechts (3-3) vochten het uit in een millimeter duel voor de overige podiumplaatsen. Meteen een volledig Aprilia podium. Ook bij de Superstock machines, de klasse die ook de CB500Trophy herbergt waren er het trio Jerome Varlet (1-1), Christophe Carlier (3-2) en Geoffrey Vankoekelbergh (2-3), die de plak zwaaiden.

Bij de Honda’s won Dries Desender tweemaal zijn cup. Ook heel wat deelnemers bij de Classic Bikes, in de klassen IHRO, Freetech50cc, de EVO-IPC klasse en last but not least de Youngtimers. In deze klassen heel wat duels der Lage Landen. Enkele vermeldingen; Adrien Leduc en Mickael Coupe bij de 50cc tweetakten, Herman Verboven, eenmaal tweede bij de IHRO, achter de ongenaakbare Jan Frank Bakker.

Zo, ook Mike Ceuppens, Ludovic Landolfi en Kenny Van Eeckhout, alle drie 1 of meerdere malen op het podium, na de ongenaakbare dubbelwinnaar, Classic Endurance rijder en noorderbuur, Martin Van Ruitenbeek. Bij de zijspannen kregen we zelfs vier races, met het BK en de Northern Sidecar Cup, ingedeeld in twee groepen naargelang de kwalificatietijden. Het Nederlands-Belgisch duo, Talens-Claeys (2-1) scoorde het best in groep A. Meteen een geslaagd weekend met mooie races. Het vervolg eind deze maand in het Nederlandse Hengelo.