Tekst: Peter Aansorgh
Foto’s: Aansorgh Archief
Motorfietsen hebben onderhoud nodig. Er zijn grote beurten en kleine beurten, maar er zijn ook heel grote beurten. Berucht is bijvoorbeeld de 40.000 km-beurt bij de Yamaha R1. Daarbij moeten de kleppen worden gesteld, wat erg arbeidsintensief is. Dat maakt zo’n beurt tot een dure grap. Vergelijkbaar is het kleppen stellen bij een desmodromisch Ducati-blok, waarbij ook vaak de distributieriemen moeten worden vervangen. Het is dus belangrijk om je goed te oriënteren op de motorfiets die je wilt gaan kopen. Ken het onderhoudsschema, weet bij welke beurten er dure reparaties te verwachten zijn. Kijk je naar een R1 met 38.000 km op de teller, dan weet je wat je kan verwachten. Vraag dan ook altijd of je het onderhoudsboekje mag inzien. Dat is tegenwoordig vaak moeilijker, omdat dealers dat digitaal bijhouden. Is er geen ingevuld instructieboekje, vraag dan in elk geval of je rekeningen van het onderhoud mag inzien. Of je informeert bij welke dealer de motor in onderhoud is geweest, zodat je daar informatie over het onderhoud kan inwinnen en ook kan controleren of de kilometerstand klopt. Dat laatste is anders moeilijk na te gaan, hoewel de algehele toestand van de motor wel een indruk geeft. Een doorgezakt zadel, versleten remschijven, veel steenslag in de kuip of de ruit en veel slijtage op de kroonplaat van een sleutelbos zeggen wel iets, hoewel veel van die onderdelen wel te vervangen zijn.
De volledige versie van dit artikel lees je in het februarinummer van Motoren & Toerisme dat vanaf donderdag 11 februari in de winkel ligt.