De Speed Triple is voorzien van een ride-by-wire-systeem dat voor en scherpere en preciezere gasrespons moet zorgen. De Speed Triple S beschikt over vier rijmodi: Road, Rain, Sport en Rider. De laatste rijmodus moet door de rijder zelf ingesteld worden. Op de RS-versie is er nog een vijfde, circuit-gerichte rijmodus: Track.
Op de basisversie is zowel het ABS- als het tractiecontrole-systeem uitschakelbaar. De RS-versieis met een geoptimaliseerd ABS- en tractiecontrole-systeem uitgerust. Die systemen houden rekening met een optimale verdeling van de remkracht, de graad van wielslip en controleren het koppel. Om daar zo goed mogelijk in te slagen is de RS-versie ook met een inertie-meeteenheid (IMU) uitgerust. De RS-versie is ook voorzien van een sleuteltje bediening van de ontsteking en het stuurslot.
Rijwielgedeelte
Uiterlijk verandert er maar weinig aan de nieuwe Speed Triple. De voorvork krijgt verplichte Euro 4-reflectors en de nieuwe Triumphs moeten het voortaan zonder onderkuip stellen. Op de RS-versiezijn de carrosseriedelen echter uit koolstofvezel vervaardigd. Volgens Triumph kregen het twin spar-frame en de enkelzijdige swingarm wel enkele verbeteringen, ten opzichte van hun voorgangers. Ook wat de rest van het rijwielgedeelte betreft tappen de Britten uit een vertrouwd vaatje. Op de standaardversie zijn het een volledig instelbare 43mm upside-down voorvork van Showa en een volledig instelbare monoschokbreker van hetzelfde merk die voor de vering in staan. Op de duurdere RS-versie is het Öhlins dat de veerelementen mag leveren. Zowel de NIX30 upside-down voorvork, als de TTX36 monoschokbreker zijn volledig instelbaar.