Het is midden juli. Buiten woedt de zomer, ‘De droogste aller tijden’, volgens een vaste expert van de talkshow-tafels, die nu waarschijnlijk z’n presentiegeld op zit te slurpen aan de Costa del Puta… Binnenshuis, op de TV-schermen woedt dat andere jaarlijks weerkerend fenomeen waar niet aan te ontsnappen valt: de Ronde van Frankrijk. Of in schoon Vlaams, de Tour de France. Ja, het is een Tour de Force, als je die Tour de France nog maar uitrijdt. En ja, eeuwige roem voor de ‘P’tit belge’ die een etappe naar z’n hand weet te zetten. Maar vooral, geef mijn portie maar aan fikkie.
Neen, geef mij dan maar de Grosser Preis van Deutschland op de Sachsenring. En ja, met Marc Marquez was de overwinnaar van de MotoGP-races – Sprint en feature (of mag dat laatste (voorlopig) nog niet van de GP-puristen? Wacht maar af, ’t zal rap veranderen met de Amerikanen aan ’t roer. Maar dat uiteraard geheel terzijde.) – daar ook op voorhand gekend, zoals de eindoverwinnaar van die grote ronde van ‘De Zeshoek’. Maar daar ging ’t me helemaal niet om.