8.000 km solo naar de Noordkaap? Dit neem je mee …

Ik ga op motorreis en ik neem mee … van alles nét genoeg, en van niets te veel. Maar wat betekent dat nu in de praktijk? M&T-reporter Gwenny reed solo naar de Noordkaap en weer terug. Een slordige 8.000 kilometer, waarvan een groot deel offroad. Dit zat er in zijn bagage.

Light is right. Ik zweer erbij, en toch betrap ik mezelf telkens weer: nog één extra shirt, ‘wat-als’-gereedschap, een luxedrankje voor op de camping. Maar met 8.000 kilometer aan asfalt, gravel, modder en regen in het vooruitzicht, wist ik het zeker: alles wat ik niet écht nodig heb, blijft thuis. Licht reizen is geen opoffering. Het is kiezen voor rijplezier, en dat betekent niet noodzakelijk dat je moet inboeten aan comfort.

Wat neem je mee en wat laat je thuis?

De grote vraag van elke motortrip. Ik maakte een checklist, zodat jij niet vertrekt met drie multitools en nul onderbroeken.

Motorrijden met een zware bepakking is als dansen met een logge partner. Elke kilo extra duwt je verder uit balans. Hoe minder ik meedroeg, hoe beter de motor presteerde. Het rijden is gewoon leuker en speelser. En wanneer het dan toch misging – wat meer dan eens gebeurde – was ik blij dat ik niet keer op keer dat overgewicht op hoefde te tillen. Licht reizen is gezond verstand. Alles draait om balans, en die begint bij wat je thuislaat.

Rijkleding

Die draag je 95% van de tijd, dus die moet kloppen. Ik koos voor een ademend allroadpak met uitneembare thermovoering en een afzonderlijke regenlaag. Zo kon ik snel schakelen bij wisselweer. Onder mijn pak droeg ik een onderlaag van merinowol — warm, licht en minder gevoelig voor nare geurtjes. Verder: een paar dunne handschoenen voor de warme dagen, een paar dikke voor de natte.

Rij je zoals ik vaak offroad? Denk dan aan degelijke bescherming. Een ex-ambulancier vertelde me ooit: goede motorlaarzen maken vaak het verschil tussen opstaan en opgehaald worden. Sindsdien twijfel ik daar niet meer over.

Tip: Een nat motorpak droogt niet op je passagierszadel. Wel op een boomtak, op je spiegels of … op jezelf. Gewoon doorrijden droogt je kleding sneller dan wachten.

Slapen

Slaap je slecht, dan rij je slecht. Mijn slaapsysteem is compact, maar comfortabel genoeg voor weken onderweg. Een lichte tent met grondzeil houdt regen en wind buiten, en onder mijn donzen slaapzak ligt een opblaasbare matras met degelijke R-waarde voor koude nachten. Een liner houdt de boel proper en voelt aangenamer aan na een nachtje zweten.

Een opblaasbaar kussen (ja, dat weegt maar 50 gram) en een compact stoeltje maken het af. Luxe? Misschien. Maar om goed te kunnen slapen en te zitten zonder op een steen te wiebelen, zeul ik met plezier wat extra grammen mee.

Tip: Kies voor een tent met korte tentstokken. Die zijn makkelijker weg te bergen in je bagage.

Voeding

Ik wil graag genieten van het rijden, maar ook blijven functioneren. Voeding is dus geen bijzaak, het is brandstof. Proteïnerepen geven me snel energie op de baan, en gevriesdroogde maaltijden zijn mijn veilige noodoplossing voor afgelegen plekken of lange dagen. Geen gedoe, wel degelijk eten.

Daarnaast neem ik supplementen mee: ORS, elektrolyten en multivitaminen. Niet voor het geval dat, maar omdat ze écht helpen. Ik zweet flink wat af op een warme dag, en dit spul zorgt ervoor dat ik fris blijf rijden, ook na uren knallen in het zadel.

Tip: Begin met je supplementen nog voor je ze denkt nodig te hebben. Te laat drinken is precies dat … te laat.

Keuken

Ik kook niet uitgebreid, maar ik weiger smakeloos voer. Mijn keukenkit is licht, maar compleet: een gasvuur met bijhorende container, een vuursteen én aansteker (beiden, want Murphy reist mee), een opvouwbare kom en beker, bestek en mijn koffiekit — essentieel.

Wat kook ik zoal onderweg? Een lekkere Italiaanse pasta met tonijn uit blik. Daar voeg ik pesto en basilicum aan toe, en soms een klein flesje rode wijn. Liever een wrap? Geen probleem. Bak wat gehakt en gooi er champignons, bonen en paprika bij. Een zakje rijst maakt het geheel nog wat voller. Smullen maar!

Voor de vleeseters: een deftige steak, simpel gekruid met peper en zout, terwijl je uitkijkt over een meer. Kom op, dit doet toch iedereen genieten?

Tip: Kruiden zijn gewichtloos, maar maken een wereld van verschil. Eten onderweg mag simpel zijn, maar hoeft niet smakeloos te zijn.

Kleding

Tien onderbroeken heb je niet nodig. Drie is genoeg, zolang je af en toe wast. Ik kies voor sneldrogende materialen zoals merinowol: die ruiken minder snel en drogen in een paar uur aan je stuur.

Mijn kledinglijst is simpel: één lange broek, een zwembroek die ook dienstdoet als korte broek, drie stuks ondergoed, een paar sokken voor het rijden en twee paar gewone. Verder: een basislaag, twee shirts, een pet en een muts.

Tip: Ik kies voor lichte en flexibele wandelschoenen. Zo heb ik een makkelijke schoen om op te bergen, én kan ik onderweg gerust eens een stapje in de natuur zetten.

Zorg dat je niet de hele reis op je laarzen moet rondwandelen en bedank me later.

Hygiëne

Fris blijven onderweg hoeft geen luxe te zijn. Mijn basisuitrusting: een compact toilettasje met tandenborstel, tandpasta, een stuk zeep (werkt voor lichaam, haar én kleding), zonnecrème, een sneldrogende handdoek en toiletpapier. Geen douche in de buurt? Babydoekjes zijn de echte gamechanger. Perfect om jezelf snel even te resetten.

Oordoppen zijn mijn geheime wapen tegen snurkende buren of het geritsel van een nachtelijke storm. In mijn EHBO-kit zitten pleisters, een tekentang, pijnstillers, druivensuiker, een nooddeken en mijn persoonlijke medicatie.

Mijn kleren was ik onderweg. Ik reis met twee drybags: eentje voor vuile was, de andere als mobiele wasmachine. Water erin, een druppel wasmiddel, goed schudden, klaar.

Tip: Neem een stuk zeep mee in plaats van douchegel. Als die fles openbarst in je bagage, ben je verder van huis dan je denkt.

Aan boord van mijn GS vind je zelfs een mobiele wasmachine.

Herstellingen

Je hebt geen garage op wielen nodig, maar je wil wel voorbereid zijn. Mijn toolkit bevat alles wat ik zelf kan (en moet) oplossen onderweg: een gereedschapsset op maat van m’n motor, een bandenreparatiekit en een reserve binnenband — in de maat van mijn grootste wiel, dan kan ik die in geval van nood ook voor het andere wiel gebruiken.

Verder: ducktape, tiewraps, een multitool en een blokje kneedbaar aluminium voor noodgevallen. Ik neem ook extra remblokken mee (voor en achter), spanriemen voor mijn bagage, een stevig touw en een slot.

Wat zeker in je gereedschapsrol moet? Dat ontdek je liever thuis, in een warme garage.

Tip: Oefen thuis met wat je meeneemt. Een afgelegen gravelpad is niet de plek om te leren hoe je een binnenband vervangt …

Extras

De kleine dingen maken het verschil. Een rugzak met waterzak is voor mij onmisbaar. Zeker offroad, waar je snel zweet en zelden winkels tegenkomt. Neem altijd genoeg water mee, ook op korte ritten.

In Scandinavië zijn de landschappen adembenemend en de muggen meedogenloos. Insectenspray is pure noodzaak. Een hoofdnet kan belachelijk lijken, tot je vijf minuten stilstaat in Lapland.

Fotografeer al je belangrijke documenten: paspoort, rijbewijs, verzekeringspapieren … Zo heb je ze altijd digitaal bij de hand. Print eventueel een schadeformulier in het Engels. Je hoopt het niet nodig te hebben, maar als het zover komt, ben je blij dat je voorbereid bent.

En dan nog dit: plastieken diepvrieszakjes van IKEA. In alle maten. Voor natte kleren, droge sokken, je dagboek, je boek, je cash geld of een noodsetje kleding. Licht, herbruikbaar en onverwoestbaar.

Tip: Eén groot mes is handig om hout te sprokkelen, een geïmproviseerd tentpaaltje te knutselen of om te eten. Laat die multitool daar maar niet mee sukkelen.

Multimedia

Als content creator was dit ongetwijfeld mijn zwaarste stuk bagage. Wil je gewoon een leuke foto of filmpje? Met wat basismateriaal kom je al ver. Je smartphone gecombineerd met een licht statief levert prima beelden op. Voeg een actiecamera toe voor de spannendere rijmomenten, en je zit goed.

Maar vergeet niet: alles vreet stroom. Een grote powerbank is een must.

Tip: Vergeet je laders niet. Kabeltjes kan je overal tussenproppen.

Het reisverhaal

Wil je weten hoe ik 8.000 kilometer aan modder, gravel en natte wegen naar de Noordkaap overleefde met een minimum aan bagage? Het complete verhaal, met alle tegenslagen en overwinningen, lees je in de volgende editie van Motoren & Toerisme. Pak ‘m vast, laat je inspireren, en leer hoe jij slimmer (en stoerder) op pad gaat.

Tekst en foto's: Gwenny Bruyninckx

Geschreven op 6 augustus 2025
© Motoren & Toerisme